Aantal soesjes: 16

Verwarm de oven voor op 200 graden.

Smelt in een steelpan op middelhoog vuur 50 gram boter met 60 ml melk, 60 ml water en 1 eetlepel suiker. Wanneer de boter gesmolten is zet je het vuur hoog zodat het geheel gaat bubbelen. Haal de pan van het vuur. Voeg in 1 keer 100 gram bloem toe. Roer het geheel met een houten lepel tot het een deeg vormt en de wand van de steelpan schoon blijft. Zet de pan terug op het vuur en bak het deeg een minuut. Laat het vervolgens 3 minuten afkoelen. Kluts ondertussen 3 eieren. Voeg geleidelijk de geklutste eieren toe aan het beslag. Blijf goed roeren tot je een zacht en glanzend geheel krijgt.

Lepel vervolgens ongeveer 16 balletjes op een bakplaat die bekleed is met bakpapier. Houd een tussenruimte want tijdens het bakken rijst het deeg iets. Zet de bakplaat ongeveer 20 minuten in de voorverwarmde oven. Haal de soesjes uit de oven en prik snel een gaatje in de onderkant. Zet de soesjes nog 5 minuten terug in de oven. Zo worden ze ook droog aan de binnenkant. Laat de soesjes afkoelen op een rekje.

Maak ondertussen de vulling. Pureer 2 bananen en klop 200 ml slagroom met 1 eetlepel poedersuiker. Meng de bananen door de slagroom. Doe de vulling in een spuitzak en vul de soesjes. Dip als laatste de soesjes in de chocodip. Laat de chocolade hard worden. Smul ze!